Kenmerken voor een doelgroep- en contextanalyse bij het toepassen van het ADDIE-model
In een eindverslag van Rachel Brouwer, stagiaire van het CTL en student aan de Universiteit van Utrecht, kwam ik een mooie toevoeging tegen voor de doelgroepanalyse in de analysefase van het ADDIE-model.
Deze toevoeging komt van Morrison, Ross en Kemp (2007). Ze noemen een aantal kenmerken die nuttig kunnen zijn bij een doelgroepanalyse:
- Leeftijd en volwassenheidsniveau
- Motivatie en attitude naar het onderwerp toe
- Verwachtingen en beroepsaspiraties
- Voorgaande of huidige baan en werkervaring
- Speciale talenten
- Mechanische handigheid
- Mogelijkheid om te werken onder verschillende omgevingscondities, zoals lawaai, guur weer
Tevens vermeldt ze dat in de Analyse-fase een contextanalyse gemaakt moet worden. Ook hier geeft ze vanuit onderzoek handvatten naar concrete aandachtspunten:
Tessmer en Richey (1997) onderscheiden drie contexten die een onderwijskundig ontwerper zou moeten analyseren bij het ontwikkelen van instructie, namelijk de oriënterende context (Wat is het doel van de lerende?), de instructiecontext (Wat is de fysieke omgeving en de planning van de instructie?) en de transfercontext (Hoe wordt gezorgd voor een goede transfer). In de volgende alinea’s zal beschreven worden wat deze contexten inhouden en wordt gekeken hoe deze van toepassing zijn op de Waterfabriek.
Samengevat: een grondig gebruik van het ADDIE-model, en zo een leerzaam voorbeeld voor mij (en anderen misschien?).