Sessie 2.3 – Ontwikkeltheorieën & (Arrangeer)tools

Vandaag is sessie 2.3 van de Leergang Technology Enhanced Learning van het Koning Willem I College. In deze blogpost een kort-door-de-bocht overzicht van hetgeen behandeld is.

Op de agenda staan een terugblik op de vorige sessie, algemene inzichten in ontwikkeltheorieën, demo’s en ervaringen met arrangeertools en werken aan het arrangement voor jezelf onder begeleiding van de trainers.

[ad#reclame]

In het tweede punt op de agenda presenteert Jan Jacobs een overzicht van inzichten in ontwikkeltheorieën. Dit om mee te nemen in het eigen ontwerp.

Een eerste inzicht betreft de taxonomie van Andrew Churches. Hij heeft een aanpassing gemaakt van de taxonomie van Bloom (zie onderstaand plaatje)

Taxonomie van Andrew Churches

Een tweede inzicht betreft het verschil van deductive versus inductive learning (een specifiek voorbeeld vanuit taal):

Deductive learning is an approach to language teaching in which learners are taught rules and given specific information about a language. Then, they apply these rules when they use the language. This may be contrasted with inductive learning in which learners are not taught rules directly, but are left to discover – or induce – rules from their experience of using the language (Richards et al, 1985).

Een derde inzicht betreft het verschil tussen expository versus inquisitory learning (een definitie van de TU Twente) :

Discovery learning distinguishes itself by the central role of learning processes such as hypothesis generation (induction), experiment design, and data interpretation. Expository instruction pays more attention to directly ‘exposing’ definitions and equations to learners.

Ten slotte worden ook het 4CID en het J4-Model gepresenteerd.

Ook stond het onderwerp “demo’s en ervaringen met arrangeertools” op de agenda. Het contenttool dat ik gekozen heb, is eXe Learning.

eXe Learning

Martijn Bos behandeld het verschil tussen nieuw ontwikkelen en hergebruik van lesmateriaal (door alleen te arrangeren). Zaken als eigen layout, maatwerk en het zelf beschikbaar hebben van de bronnen/lesmateriaal zijn voordelen van nieuw ontwikkelen. Bij arrangeren is met name de tijdswinst het grote voordeel.

Tevens wordt ingegaan op aggregatieniveaus. Hergebruik op een laag aggregatieniveau is eenvoudiger, dan op een hoog aggregatieniveau, omdat hier de visie op onderwijs onder andere de vorm van het lesmateriaal bepaald.

Vervolgens worden een aantal tools gepresenteerd: n@tschool, contentcorner (export naar Scorm mogelijk), eXe Learning (export naar Scorm mogelijk) en Wikiwijs (export naar Scorm mogelijk) en Google Sites (geen export mogelijk). Enige tijd geleden heb ik in contentcorner een experimentje gedaan (zie hier).

Voor mij persoonlijk is het belangrijk dat wat ik maak niet alleen vandaag, morgen en overmorgen nog bruikbaar is. Een word document kan ik in elke ELO gebruiken, maar hoe zit dat met het gebruik van andere tools (zoals contentcorner, eXe Learning en Wikiwijs). Tevens zou ik dan zo veel mogelijk invloed hebben op het uiterlijk en een zo groot aantal functionaliteiten.

Voor mij blijft de keuze eXe Learning voor maken van mijn leerarrangement.