Waarom video in de les?

Zoals ik al eerder beschreven heb, ben ik op zoek naar het waarom? en hoe? van video in het onderwijs, zie artikelen met de tag Video, maar ook bronnen tot nu tot op Delicious.

Mijn conclusies over het waarom? tot nu toe zijn, dat:

  • Video sluit aan bij de belevingswereld van studenten – De huidige generatie studenten is met TV opgegroeid, waarbij de vorige generatie met radio, en de generatie ervoor met boeken opgegroeid zijn. Mogelijk zijn de hersenen van de huidige generatie beter in staat om met bewegende beelden om te gaan dan vorige generaties? Daarnaast kan het gebruik van video motiverende werken voor de studenten (geest der tijd).
  • Video wordt mogelijkerwijs efficiënter verwerkt door onze hersenen – Een instructie video laat een verhaal zien, verhalen worden opgeslagen in het episodisch geheugen.”Het onthouden en terugvinden van verhalen is relatief gemakkelijk voor onze hersenen. Het episodische geheugenpad vergt, anders dan het semantische geheugenpad, weinig inspanning en is daarmee gemakkelijk toegankelijk (zie vorige aflevering). Het behoort tot de paden van de minste weerstand. Hiervan kunnen we in het onderwijs gebruik maken. Hiermee zou de leeropbrengst groter kunnen en sneller plaats kunnen vinden.”

    In mailcontact met Chantal Gorissen van de Open Universiteit komt dat er ook nadelen aan het gebruik van video zitten. Informatie verdwijnt namelijk snel bij het bekijken van een video. Hierdoor moeten mensen alles in het korte termijn geheugen houden. Zeker als de kijker over te weinig voorkennis bezit, is het gevaar van cognitive overload aanwezig.

    In een van mijn gesprekken met studenten kwam naar voren dat studenten de video stilzetten en vervolgens zelf het getoonde gaan nadoen. Hierdoor is het gevaar over cognitive overload veel minder aanwezig, denk ik.

    Daarnaaast (Cognitive Multimedia Theory van Mayer) worden geluid en beeld door verschillende kanalen afgehandeld door de hersenen. Het gebruik van gesproken tekst en beeld maakt dat informatie efficienter afgehandeld wordt. Dit geldt natuurlijk alleen als er daadwerkelijk beeld en gesproken tekst gebruikt wordt. Een screencast waar alleen beeld getoond wordt (een aantal heb ik er hier van gemaakt) met tekst in beeld (tekstballonnetjes) gebruikt slechts 1 kanaal.

  • Video maakt just-in-time onderwijs mogelijk – Doordat vastgelegde videobeelden just-in-time bekeken kunnen worden, wordt het mogelijk aan te sluiten bij de leervraag, leertempo, et. cetera. van de student. Dit geld natuurlijk ook voor lesmateriaal op papier, digitaal in een ELO, et cetera. Door de inzet van materiaal dat zonder klassikale instructie individueel door de student gebruikt kan worden, is het mogelijk om meer maatwerk te bieden.
  • Video is authentiek – Bewegend beeld, aldus “Zeg het met beelden!” van het ontwikkelcentrum, heeft een natuurlijke aantrekkelijkheid. De authenticiteit daar kan geen computerbeeld tegenop. Met name in CGO is het van belang dat kennis en vaardigheden (ook) in een authentieke beroepscontext aangeleerd worden.Daarnaast geeft video een betrouwbaar beeld van wat iemand aan gedrag laat zien. Het inzetten van video in portfolio’s levert een authentiek beeld op en maakt het hiermee mogelijk om een betrouwbare beoordeling te geven van het gedrag van iemand. Betrouwbaar? Betrouwbaarder dan een schriftelijke toets, beoordelingsgesprek, et. cetera.
  • Video zou kostenbesparing kunnen bewerkstelligen -Vooruitlopend op het voorziene docenten te kort zou het opnemen van een les, dat vervolgens opnieuw uitgezonden kan worden, kostenbesparing met zich mee kunnen brengen. Aan de andere kant mis je natuurlijk de interactie met de klas. Het stellen van vragen om de studenten aan het denken te zetten. Beter lijkt het me om stukken pure instructie op te nemen, en bijvoorbeeld een onderwijsleergesprek nog steeds klassikaal te laten plaatsvinden. In het algemeen geldt natuurlijk dat hergebruik geld en tijd bespaart.
  • Video kent geen transfer “gap” – Het gebruik van video ligt dicht bij hetgeen daadwerkelijk geleerd moet worden. Een student wordt niet onnodig belast met het omzetten (transfer) van bijvoorbeeld tekst naar handelingen, of tekst en plaatjes naar handelingen. Handelingen worden direct getoond, zoals het in het echt is!
  • Zien en horen (40%) onthouden we beter dan luisteren (10%), lezen (20%) – Volgens de aanname Wat onthouden we? (zie hier en hier, want er is kritiek op deze aanname) blijft 40% van wat we horen en zien hangen versus 10% van wat we horen of 20% van wat we lezen. Video is hiermee effectiever dan puur tekst of luisteren naar een docent.

Ten slotte kreeg ik van Chantal Gorissen de tip om het boek van Mayer, Richard (2005), The Cambridge handbook of multimedia learning van Cambridge University Press met ISBN 9780521838733 te lezen. Richard Mayer is een autoriteit op het gebied van multimedia leren in de wereld.

[ad#reclame]

In een volgende weblogitem wil ik ingaan op het hoe? van video in de klas. In wil dan ingaan op de mogelijke situaties waarin video in de les ingezet kan worden. Ik boorduur hier voort op een weblogitem van Wilfred Rubens: Online Video en leren.