Netwerken, de sleutel tot interne kennisdeling – nog een lange weg te gaan?
De tweede sessie die ik vandaag bijwoon gaat over netwerken, de sleutel tot interne kennisdeling. Na de fusie heeft ROC Midden Nederland heeft deze MBO-instelling op basis van de nieuwe visie “Leren beweegt ons!” zich beseft dat dit ondersteund moet worden door de organisatie. Leren geldt niet alleen voor de studenten, maar ook voor de eigen organisatie. Zeker bij de vorming van een nieuwe cultuur bij de fusie alsook bij de evolutie richting CGO.
Binnen ROC Midden Nederland heeft men het netwerken bewust ingezet met als doel kennis te delen om de onderwijsvernieuwing te stimuleren. De netwerken zijn op basis van thema’s georganiseerd, b.v. taal en CGO, loopbaanbegeleiding. Deze netwerken zijn altijd sectoroverstijgend. Leden melden zich uit eigen beweging aan, de moderatoren worden gefaciliteerd door de organisatie.
Een externe organisatie, Kessel & Smit, begeleidt het proces van het opzetten van netwerken bij ROC Midden Nederland.
Een netwerk moet een vrijplaats zijn om vanuit passie voor een onderwerp te experimenteren binnen een veilige en open omgeving.
Netwerken groeien en doorlopen zo een aantal fasen: 1. allereerst ontstaat er een interesse bij iemand, 2. vervolgens worden er mensen omheen verzameld, 3. deze mensen maken kennis met elkaar, 4. kennis wordt gedeeld en nieuwe kennis wordt ontwikkeld, en 5. uitstralen.
[ad#reclame]
Het verzamelen van mensen in een netwerk blijkt lastig. Sommige mensen willen graag gevraagd worden. Andere mensen hikken tegen het investeren in tijd aan. Terecht wordt opgemerkt dat iedere docent toch tijd heeft om te professionaliseren. Opgemerkt wordt dat het niet faciliteren van medewerkers om in netwerken te participeren een cruciaal probleem kan vormen om netwerken levend te houden. Het ROC Midden Nederland heeft dit ook ervaren als pijnpunt. De vraag die bij mij blijft hangen is hoe je dit pijnpunt dan effectief aanpakt. Het management van de afdeling zal hier bewust voor moeten kiezen, dus faciliteren, maar tegelijkertijd de meerwaarde voor zijn afdeling moeten ervaren.
Tijdens de discussie die volgt krijg ik het gevoel dat het management, de deelnemers aan de conferentie, het opzetten van netwerken binnen hun eigen MBO-instellingen niet zo erg zien zitten. Een netwerk zou een hechte club kunnen worden die zich tegen het beleid gaat keren. En hoe wordt vanuit vrijdenken eventueel beleid gevormd. Hoe meet ik de meerwaarde van een netwerk. Het voelt voor mij aan als “management versus medewerkers”-denken. Management wil vanuit een sterke top-down gedachte controleren. Zelf geloof ik in (in het algemeen) meer in een coachende stijl van leidinggeven. Je hebt immers met professionals te maken met een hoge opleiding. Zo zou je als manager een netwerk zou kunnen sponsoren vanuit een specifieke vraag om zo samen met elkaar beleid te maken. Door deze aanpak zal vanuit een wij-gevoel er iets ontstaan dat vervolgens bij de implementatie tot veel meer succes kan leiden.
Een van de deelnemers, medewerker van ROC Midden-Brabant, geeft de tip om vanaf het begin als management betrokken te zijn en een aantal keer per jaar met de moderatoren te bepalen wat de opbrengst is voor de organisatie. Een netwerk minimaal 2 jaar de tijd te krijgen om echt tot een volwassen iets te worden. Na twee jaar moet bekeken worden of men verder investeert als organisatie in het netwerk.
Deelnemers treffen elkaar vooral in het echt (6x per jaar), maar ook virtueel via blackboard. Het forum op blackboard loopt, echter wordt weinig gebruikt. Het elkaar in het echt treffen werkt beter.
Het gevoel dat bij mij blijft hangen is dat er veel potentie zit in leren in netwerken, sterker nog: in mijn baan bij Cap Gemini heb ik dit mogen ervaren als “moderator” van een netwerk (community of practice). Het netwerk werd gesponsord vanuit zowel de kennis- als de marktkant van de organisatie. Samen met de sponsoren stippel je doelen uit en samen ontdek je nieuwe dingen. Die zowel het algemene kennisniveau van de leden ten goede komt, en soms tot nieuwe producten, bijvoorbeeld beleid, leidt. Met het huidige denken heb ik het gevoel dat er nog een lange weg te gaan is binnen het MBO.
Zie ook de bijdrage van Karel Wijne op de weblog van het CvI.
Aangezien dit een blog is buiten CVI kan ik anders reageren. Als zeer actief netwerker en voormalig netwerkmoderator bij het ROC MN wil ik toch wat realiteitszin toevoegen. Netwerken zoals dit ROC wil is wat mij betreft (geleend woord) Genesis denken. Vanaf nu zijn wij een netwerkorganisatie omdat we een Matrix organisatie willen zijn was een paar jaar geleden het credo. Zo werkt het niet! Netwerken zijn organisch, netwerken doe je vanuit een geven en nemen principe (de wil om te delen en niet alleen halen). Sleuren, trekken en zeuren was het. Netwerken zit IN JE of je GROEIT daarin….netwerken moet je leuk vinden en leuk gaan vinden. Zeuren om uurtjes en parkeergeld moet dan niet ter sprake komen. Er bestaan binnen het ROC zeer goede en oude stevige netwerken, maar die waren er allang en zijn er nog steeds, die mensen weten wat de waarde van netwerken is en doen dat ongefaciliteerd en 24×7.
Ook even een tip: Kessels en Smit was de begeleidende partij…daar werken TOPPERS, als je ooit georganiseerd maar wel op enthousiasme gestoeld eens wilt onderzoeken hoe het werkt, heb je ideetjes en werkvormen nodig…zoek ze op!!!
Wil met deze reactie niet natrappen, want mijn netwerk bestaat bij het ROC nog steeds, interne gerichtheid is geen netwerken maar inteelt
Ik vond het verhaal van ROC MN een duidelijk verhaal dat poogde om het begrip op de kaart te zetten en inzicht te geven in de fasen waardoor een netwerk loopt. Tevens was men eerlijk in de valkuilen en de problemen die men (nog steeds) tegenkomt. Dat hoor ik ook in jouw verhaal. Wat me echter verbaaste (en mogelijk is dat een bevestiging van jouw opmerking “Vanaf nu zijn we een netwerkorganisatie …” is de mening van de deelnemende managers. Men ziet het als een gevaar, ziet de mogelijke meerwaarde niet, et. cetera.
Ik heb zelf eveneens ervaring met netwerken. Bij mijn oude werkgevers Cap Gemini hadden we top-netwerken draaien waar men na werktijd (uit eigen beweging) kwam om met elkaar kennis/ervaring uit te wisselen. Een ruimte, wat broodjes/koffie/thee was voldoende. Naast interessante sprekers (soms van buiten), maar ook de mogelijkheid om je eigen project te presenteren en hierop reactie te krijgen. Het netwerk had (heeft) 100+ man en was zeer actief. Gesponsord (in uren voor de moderators) door de markt- en personeelskant van de organisatie. Hierdoor een gezonde “spanning” tussen puur voor het leren van de medewerker, maar ook wat kan het de organisatie opleveren. De grootste uitdaging is om “halen en brengen” in evenwicht te houden. Er zijn nu eenmaal een aantal mensen die meer brengen (de zeer ervaren) dan halen, echter kun je deze andere zaken geven, zoals een platform om hun ideeën te verkopen, externe sprekers, actief meedoen in het ontwikkelen van materiaal, et. cetera. Een mooie ervaring, waarvan ik hoop dat het in het onderwijs ook gaat lukken.